Interview met Sven Sterckx van Dierickx Leys Private Bank
2021 was het jaar waarin heel wat nieuwe beleggers hun weg naar de beurs vonden. Met het conflict in Oekraïne en de stijgende rente hebben ze voor het eerst bijzonder woelige beursmaanden achter de rug. “Het is onze taak om mensen op het belang van een langetermijnperspectief te wijzen”, zegt Sven Sterckx, directielid bij de private bank Dierickx Leys. “Want schommelingen zullen er altijd zijn, dat is de keerzijde van het hoger rendement dat de beurzen bieden.”
Opvallend veel van die nieuwe beleggers zijn jongeren. “Dat is een goede trend. Ik ben blij dat ze hun eerste stappen zetten. Als voorzitter van VFB heb ik vroeger vaak genoeg kunnen vaststellen dat te weinig mensen de stap naar de beurs durven te zetten”, oordeelt Sterckx.
Een vaak gehoorde kritiek is dat de nieuwe lichting blind voor de risico’s in gehypte aandelen stapt. Sterckx: “Ze moeten niet naar de beurs komen om snel rijk te worden, wel om een vermogen op te bouwen. Maar iedereen heeft het recht om fouten te maken. Ik heb die zelf ook gemaakt. Voordeel van al op jonge leeftijd in aanraking te komen met de beurs is dat je wellicht op latere leeftijd blijft beleggen.”
"We gaan ervan uit dat we beter kunnen doen dan de markt"
- Sven SterckxVFB: Wie vorig jaar begon te beleggen heeft wellicht een verkeerd beeld van welk rendement je mag verwachten?
Sven Sterckx: We zijn vorig jaar erg verwend geweest. Winsten van bijna 30% zoals op de Amerikaanse beurzen zijn natuurlijk niet de norm en hebben misschien een verkeerde indruk gegeven. Al zien we dat beleggers al vele jaren geneigd zijn meer risico te nemen en meer in aandelen te investeren. Dat is ook logisch, aangezien obligaties geen correctie vergoeding meer geven voor het risico. Waarmee ik niet wil gezegd hebben dat obligaties geen plaats meer hebben in een portefeuille.
VFB: Welke rol kunnen obligaties dan nog spelen?
Sterckx: Het is niet omdat obligaties weinig opbrengen dat ze nutteloos zijn. Niet iedereen heeft het profiel om zijn portefeuille volledig in aandelen te beleggen, want niet iedereen kan ertegen als zijn hele vermogen grote schommelingen kent. Obligaties zijn een stootkussen tegen volatiliteit. Zie een portefeuille als een gerecht. Daar zitten ook verschillende ingrediënten in. Sommige – pak nu zout bijvoorbeeld – zijn op zichzelf niet te eten, maar ze geven wel de smaak aan uw bord.
VFB: De stijgende rente en inflatie zijn wel slecht nieuws voor obligatiebeleggers. Zijn zij blijvers?
Sterckx: Ik geloof niet dat inflatie zo hoog zal blijven. Binnen een paar maanden verwacht ik een normalisering. We zien de flessenhalzen in de economie verminderen en de transportprijzen dalen. En buiten België zien we ook weinig looninflatie. Vergeet ook niet dat inflatie een richtingaanwijzer is. Als de prijzen even hoog blijven, daalt de inflatie. Vraag is dus of de prijzen nog eens zo sterk zullen stijgen. Ik denk het niet. Ook de gigantische groei na de lancering van de vaccins zal wat terugvallen. Dat zal de inflatie eveneens wat afkoelen. En daarmee zal ook de rentestijging onder controle blijven.
VFB: De inflatie maakt dat de centrale banken hun beleid gaan verstrakken. Is die normalisatie geen goed nieuws?
Sterckx: Het lijkt mij inderdaad gevaarlijk de rente zo lang laag te houden. Eigenlijk is dat een subsidie voor slechte bedrijven. Die zouden failliet moeten gaan en kwalitatief betere bedrijven zouden moeten overnemen. Alleen mag de rente natuurlijk niet te snel stijgen. Het moet een geleidelijk proces zijn, zodat niet alle slechte bedrijven tegelijk failliet gaan.
VFB: Op de beurzen versterkt de hogere rente de ‘Grote Rotatie’ van groeibedrijven naar meer waardebedrijven.
Sterckx: Voor een stukje wel. De hogere rente weegt op de waarde van kasstromen in de toekomst. Zelf al is de rente niet gigantisch hoog, we zien wel dat technologieaandelen bijvoorbeeld al best wat gezakt zijn. Maar er zijn ook kwalitatief sterke technologiebedrijven met stevige cashflows, weinig schulden en niet overdreven duur gewaardeerd.
VFB: Dan mag je wel niet beleggen via passieve fondsen die een hele sector of index volgen?
Sterckx: Mij zal je niet horen zeggen dat passief beleggen geen meerwaarde kan zijn. Niet iedereen heeft tijd en zin om zelf te beleggen, en dan kan het een idee zijn om gewoon de markt te volgen. Maar wij zijn stockpickers. We gaan ervan uit dat we beter kunnen doen dan de markt. Niet systematisch elk jaar, maar wel op lange termijn.
VFB: Hoe gaan jullie daarvoor te werk?
Sterckx: De hoeksteen van onze beleggingen zijn goedkope en kwalitatief sterke bedrijven. Wij focussen op Europa en de VS en op bedrijven met beurswaarde groter dan 1 miljard euro. Daarna passen we een strikt ESG-beleid toe, waarbij we ten eerste een aantal activiteiten en bedrijven uitsluiten en daarnaast ook een eigen duurzaamheidsanalyse maken op basis van rapporten van Sustainalytics. Wie niet goed scoort op duurzaamheid, daar investeren we niet in. We hebben met terugwerkende kracht testen gedaan en zo ontdekt dat dit beleid niet ten koste gaat van rendement.
VFB: Hoe groot is jullie universum nog na die screening?
Sterckx: Dan blijven nog zo’n 750 bedrijven over. Daaruit gaan we selecteren op basis van kwaliteitskenmerken en waardering. Zo blijft er nog een beperkte vijver over. We volgen maximaal honderd aandelen op. Als we een nieuwe naam aan ons universum willen toevoegen, dan verdwijnt een andere. Maar de kern van wat we doen is kwaliteit aan een aantrekkelijke prijs.
VFB: Hoe moeilijk is het als kleine speler om op te boksen tegen veel grotere vermogensbeheerders?
Sterckx: Wij zijn geen fondsenboetiek. De Blackrocks van deze wereld zijn dus geen concurrentie. Wij leveren beleggingsdiensten. Bij ons kan je ook zelf beleggen, terwijl wij enkel advies geven. Zie ons dan meer als een sparingpartner.
VFB: Ondertussen lijkt er in België een strijd om de kleine belegger bezig met verschillende grootbanken die hun aanbod vernieuwen of verruimen?
Sterckx: Dat is niets nieuw. Het is altijd een concurrentiële markt geweest. Je kan in principe weinig differentiëren op producten, want uiteindelijk belegt iedereen in aandelen, obligaties en fondsen. Je kan je wel onderscheiden door dienstverlening. Grootbanken zeten in op het minimaliseren van de contacten. Dat is volgens mij een verkeerde keuze. We zitten in een vertrouwensbusiness. Contacten zijn net belangrijk. Daarop kan je differentiëren.
Kijk, wij zijn een nichebank. Onze kern is ons beleggingsbeleid. De klant kiest zelf welke diensten hij neemt, een discretionair beheer of enkel advies. Vandaag is dat ongeveer gelijk verdeeld, al merken we veel interesse in onze adviserende diensten.
VFB: Vormt de digitalisering een grote uitdaging?
Sterckx: Persoonlijke contacten zijn een troef, maar de digitalisering kan je niet vermijden. Klanten willen snel een order kunnen doorgeven of een overzicht kunnen zien van hun portefeuille. Daar zit niet onze toegevoegde waarde, maar je moet wel mee zijn, want dat is wat klanten verwachten. Je hebt daar dus de juiste portalen voor nodig. We zijn daarom bijvoorbeeld bezig met een nieuwe app.
VFB: Een andere zware dobber, zeker voor een wat kleinere speler, is de regulering.
Sterckx: Dat is inderdaad een van de grote uitdagingen. Al zorgt dat er ook voor dat je goed gaat nadenken over wat je wel en niet wil doen. Er zijn te veel regels om alles te doen. Dus sommige dingen laat je beter. De regulering zorgt dus ook voor een zekere focus.